1940-1945

Tweede Wereldoorlog

Tijdlijn militaire geschiedenis NIMH

In 1939 brak de Tweede Wereldoorlog uit met de Duitse inval in Polen. Op 10 mei 1940 vielen Duitse troepen Nederland binnen. Binnen 5 dagen was de strijd beslist. De Nederlandse regering ging in ballingschap en vestigde zich in Londen. Tijdens de oorlog ging marine-, landmacht- en luchtmachtpersoneel door met de strijd tegen Duitsland. Zij deden dit vanaf vreemd grondgebied in geallieerd verband. Ondergrondse verzetsbewegingen bestreden ook de Duitse bezettingsmacht.  Vanaf 1941, na de Japanse aanval op Pearl Harbour, was ook Nederlands-Indië in oorlog. Bij de verdediging van deze kolonie werden zware verliezen geleden. Op 1 maart 1942 begon de Japanse aanval op Java. In amper een week tijd veroverde Japan het eiland.

Geo-politieke en maatschappelijke ontwikkelingen (vnl. Europa)

De Tweede Wereldoorlog, die in september 1939 startte met de Duitse inval in Polen, mag met recht een wereldoorlog worden genoemd. Bijna alle landen raakten bij de strijd betrokken en landen die niet direct door de strijd werden getroffen, waren toch betrokken onder meer door het leveren van militairen, brandstoffen en voertuigen. Spanje, Portugal, Zweden en Zwitseland waren neutraal. In Azië bracht Japan het met zijn expansiedrift bijna tot in Australië en samen met Italië bezette Duitsland Europa van Noorwegen tot aan de Wolga in Rusland en tot aan Noord-Afrika. Op de wereldzeeën voerden onderzeeboten aanvallen uit en in de lucht werden vele gevechten uitgevochten. De wereld stond in brand. De voor de Duitsers desastreus verlopen gevechten nabij Stalingrad (1943) en de capitulatie van het Duitse Afrikacorps in datzelfde jaar markeerden het keerpunt in de oorlog. Die oorlog eindigde in Europa met de overgave van Duitsland op 8 mei 1945 en in Azië met de overgave van Japan in augustus 1945 (nadat de VS twee atoombommen op Hirosjima en Nagasaki hadden laten vallen met in totaal ca. 500.000 slachtoffers). Er vielen in de Tweede Wereldoorlog in totaal ongeveer 50 miljoen doden, waarvan 50 % burgers. In 1945 werden de Verenigde Naties opgericht. 

Nationale en nationaal-maatschappelijke ontwikkelingen

De neutraliteitspolitiek van Nederland bleek niet te werken toen de Duitsers in 1940 Nederland binnenvielen. Nederland werd hierdoor betrokken bij de tweede Wereldoorlog. Koningin Wilhelmina week met de Nederlandse regering uit naar Londen. De Duitsers stelden een  Duits bestuur in geleid door een rijkscommissaris (Reichskommissar), de Oostenrijker Arthur Seys-Inquart. Al snel na de invasie begon de jodenvervolging. Alle ambtenaren moesten een niet-jood verklaring tekenen waarmee Joden uit de overheidsdienst werden geweerd. De eerste verzetskranten werden gedrukt. De Duitsers stelden een Joodse Raad in , voornamelijk een manier om identificatie en deportatie van de Joden efficiënt te organiseren. De februari-staking die daarop in 1941 werd georganiseerd werd hard neergeslagen. Alle Joden moesten voortaan een Jodenster dragen. In 1942 vielen de Japanners Nederlands-Indië binnen. Nederlanders werden geïnterneerd in de zgn. Jappenkampen. Velen vonden daar de dood. De deportatie van joden, zigeuners en homosexuelen draaide op volle toeren. Eind 1942 waren al 40.000 mensen gedeporteerd. De april-meistaking van 1943 werd door de SS-commandant in Nederland (Hanns Rauter) bloedig neergeslagen. In september 1944 werden Brussel en Antwerpen bevrijd. Nederland dacht ook snel te worden bevrijd maar dat pakte anders uit. De operatie Market Garden mislukte en Noord Nederland moest na een zware hongerwinter tot mei 1945 wachten voordat ook zij werden bevrijd. Na de bevrijding in 1945 is het "bijltjesdag" voor de Nederlanders waarvan werd gedacht dat zij hadden geheuld met de Duitsers. Met een volksgericht werden "Moffenhoeren" kaalgeschorenen en NSB-ers en vermeende landverraders werden gemolesteerd. Het ging om in totaal zo'n 300.000 mensen. Het noodkabinet Schermerhoorn-Drees werd na afloop van de oorlog aangesteld door Koningin Wilhelmina. Het moest orde op zaken stellen, het economisch herstel ter hand nemen en verkiezingen voorbereiden. Ook moesten zij de voorbereiding van de zuivering en berechting van Nederlanders realiseren die in de oorlog "fout" waren geweest.  Twee dagen na de capitulatie van de Japanners op 15 augustus riep Soekarno de onafhankelijkheid van Indonesië uit. Minister van Financiën Lieftinck voerde nieuw geld in. Alle papiergeld werd ongeldig verklaard en banktegoeden werden bevroren. 

Technologische ontwikkelingen

In 1941 werd het eerste jachtvliegtuig met een straalmotor ontwikkeld. Ook werden akoestische torpedo's uitgevonden die reageerden op de geluiden van vijandelijke schepen. De jerrycan werd aan het begin van de Tweede wereldoorlog geïntroduceerd door de Duitsers; daarmee kon makkelijker de brandstof worden vervoerd naar en aan het front. Het camouflage-print op gevechtspakken werd voor het eerst door de Amerikanen toegepast tijdens de Tweede Wereldoorlog. Met de ontwikkelde "schnorchel" konden onderzeeboten lucht happen en verbrandingsgassen uitstoten terwijl de boot onder water bleef en daardoor niet kon worden waargenomen. Ook de bloedtransfusie werd tijdens de Tweede Wereldoorlog uitgevonden. Spuitbussen met insecticide werden ontwikkeld. In 1943 ontwikkelde de Duitse arts Kolff een kunstnier met als resultaat een geslaagde nierdialyse. Eind 1945 werd als uitvloeisel van de ontwikkeling van de radar bij toeval de magnetron uitgevonden. De meest bekende en beruchte uitvinding tijdens de Tweede Wereldoorlog is die van de atoombom.  

Ontwikkelingen Ministerie van Oorlog, Marine c.q. Defensie

Onder invloed van de economische recessie en de "gebroken geweer"-beweging werden budgettaire prioriteiten in de  voorafgaande jaren niet bij het toenmalige Ministerie van Oorlog gelegd. Pas in 1939, toen de geallieerden Duitsland de oorlog verklaarden, mobiliseerde Nederland. Er werd nog getracht wapens te kopen in onder meer Engeland, Zweden en Zwitsderland, maar al snel werden geen orders meer geaccepteerd. Hoewel Nederland zich neutraal had verklaard vielen de Duitsers op 10 mei 1940 tóch Nederland binnen. Het slecht bewapende Nederlandse leger werd snel onder de voet gelopen. Bij de Afsluitdijk, de Grebbeberg en de Moerdijkbrug bood het Nederlandse leger weerstand. Een Duitse luchtlanding bij Den Haag werd afgeslagen. De Koningin en ministers weken uit naar Londen en het regeringsgezag in Nederland werd overgedragen aan opperbevelhebber Winkelman. Na het bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940 werd in de nacht van 15 mei de capitulatie getekend. De capitulatie gold niet voor Zeeland waar nog enkele dagen strijd werd geleverd tot een bombardement op Middelburg ook de overgave van Zeeland forceerde. De hoop was dat de Fransen en Engelsen Nederland weer snel zouden bevrijden maar na de capitulatie van Frankrijk was die hoop vervlogen en brak een lange periode van bezetting aan. In Nederland werd het parlement ontbonden en de naar Londen gevluchte regering in ballingschap maakte plannen voor de periode na de oorlog. Daarnaast bestuurden zij het niet bezette deel van het Koninkrijk: Suriname en de Antillen. In 1941 richtte de regering de Prinses Irene-Brigade op die ging participeren in de geallieerde oorlogsinspanningen. Na de aanval van Japan op Pearl Harbor verklaarde Nederland de oorlog aan Japan. Na de voor Nederland in 1942 dramatisch verlopen Slag in de Javazee (Schout bij nacht Karel Doorman) landden Japanse troepen op Java. Zeven dagen later capituleerde het KNIL; alle Nederlanders en een deel van de Nederlands-Indische bevolking werden geïnterneerd.

De wijze van oorlogvoering

De Tweede Wereldoorlog was nog duidelijker dan de Eerste een totale oorlog waarbij de gevechten bijna overal in de wereld plaatsvonden. De burgerbevolking was in veel grotere mate slachtoffer en zelfs doelwit en de verwoestingen waren (nog) veel groter dan in de voorgaande oorlogen. Van doorslaggevend belang voor het strijdverloop was de combinatie van duikbommenwerpers en gepantserde eenheden (Blitzkrieg), radar, zwaar bewapende gevechtsvliegtuigen en goede grond-luchtcommunicatie, vliegdekschepen met duik- en torpedobommenwerpers, de Enigma-decodeermachine en last but not least, de atoombom. De overmacht in de lucht bleek meer en meer een doorslaggevende factor te zijn. Ter zee werd de oorlog vooral gekarakteriseerd door de succesvolle inzet van Duitse U-boten tegen schepen op de geallieerde (Atlantische) aanvoerroutes. Pas in 1943 keerde het tij en werden grote aantallen Duitse U-boten vernietigd. Daarmee werd de invasie in Normandië mogelijk en kon het Amerikaanse (militair en economisch) potentieel volledig worden ingezet.